top of page

© Maurits Martens

Insecten

Insecten

Vlinders en libellen zijn gebaat bij rustig en warm weer, over het algemeen is dat bij een temperatuur vanaf ongeveer 17 graden. De Paddenpoel ligt enigszins in de luwte en bereikt hierdoor makkelijker de juiste temperatuur, ideaal voor deze insecten!

 

Rondom de poel groeien allerlei soorten planten waar vlinders op foerageren. De andere aanwezige insecten bieden voldoende voedselmogelijkheden voor de libellen.

© Maurits Martens

Vlinders

De meest voorkomende vlinders vliegen vanaf half maart tot eind oktober. In Nederland zijn circa 80 soorten dagvlinders vastgesteld.

 

Levenscyclus

Van eitje naar rups → van rups naar pop → van pop naar vlinder.

 

Eerst worden de eitjes afgezet op een waardplant, de plant waar de rups een voorkeur voor heeft. Als de rups uit zijn eitje komt, denkt hij maar één ding: eten. Gedurende de ontwikkeling moet de rups enkele malen vervellen om verder te kunnen groeien. Dit gebeurt zo’n vier of vijf keer.

 

Tijdens de laatste vervelling van de rups gebeurt er wat anders dan in alle voorgaande vervellingen: Er komt een stevige pophuid. Gedurende het popstadium ondergaat een rups als pop een volledige metamorfose. Hoelang dit stadium duurt, is afhankelijk van de soort.

Tenslotte barst de pop open en kruipt de vlinder naar buiten.

1: Atalanta

4: Bont Zandoogje

2: Dagpauwoog

5: Klein Koolwitje

3: Kleine Vos

6: Klein geaderd witje

Libellen

Elke libellensoort heeft binnen een jaar zijn eigen vliegperiode. Daarin vliegt een grootdeel van de soorten ongeveer anderhalve maand in grotere aantallen. Veel libellen sluipen uit in de maand juli en zijn afhankelijk van het seizoen tot uiterlijk in november waar te nemen. In Nederland zijn circa 70 Libellensoorten vastgesteld.

 

De aanwezigheid van bepaalde libellensoorten in een gebied kan ook iets zeggen over de kwaliteit van dat gebied.

 

Diverse libellensoorten stellen weinig eisen aan hun omgeving en kunnen bij veel verschillende watertypen worden aangetroffen. Ook zijn er een aantal soorten die juist rond hele specifieke watertypen voorkomen.

 

De eisen die een libel stelt aan zijn omgeving heeft te maken met de abiotische omstandigheden in het water, zoals diepte, temperatuur, zuurgraad en voedselrijkdom.

 

Libellen zijn niet alleen indicatief voor de kwaliteit van het water, maar ook voor de kwaliteit en variatie in een natuurgebied als geheel.

 

Levenscyclus

Na een afzetting ontwikkelen eieren zich tot larve. Dit kan per soort variëren van twee tot vier weken. Vervolgens doorlopen libellen een aantal stadia voordat ze als volwassen libel uit het water kruipen. Dit duurt, afhankelijk van de soort, enkele maanden tot een paar jaar.

Bij libellen lijken de oplopende stadia steeds meer op de uiteindelijke libel, voordat zij uiteindelijk uit hun larvehuidje sluipen en het luchtruim kiezen.

1: Paardenbijter

4: Blauwe Glazenmaker

2: Grote Keizerlibel

5: Vroege Glazenmaker

3: Platbuik

6: Steenrode Heidelibel

© Maurits Martens

Vlinders
Libellen
bottom of page